Paragrafen

Paragraaf 3: Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Weerstandsvermogen in één oogopslag

Berekening weerstandsvermogen jaarrekening 2023

(bedragen x 1.000 euro)

2024

2025

2026

2027

Beschikbare weerstandsvermogen (A)

139.206

148.331

149.445

150.084

Algemene Reserve/reserve Grondzaken

70.478

78.547

78.665

78.790

 Overig weerstandsvermogen

68.728

69.784

70.780

71.294

Benodigde weerstandsvermogen (B)

103.582

107.329

134.025

139.442

  Risico grondexploitaties * waarschijnlijkheidsfactor (90%)

58.770

55.440

55.350

55.890

  Overige risico's * waarschijnlijkheidsfactor (90%)

44.812

51.889

78.675

83.552

Ratio weerstandsvermogen (A/B x 100%)

134%

138%

112%

108%

Verhouding reserves / benodigd weerstandsvermogen

68%

73%

59%

57%

Ambitie beschikbaar weerstandsvermogen op 100%

100%

100%

100%

100%

Verschil tussen beschikbaar en benodigd weerstandsvermogen

35.624

41.003

15.420

10.642

Streefwaarde verhouding reserves/benodigd weerstandsvermogen 50%

50%

50%

50%

50%

Verschil tussen streefwaarde en actuele prognose verhouding reserve/wsv

18.687

24.883

11.653

9.069

Het beschikbare weerstandsvermogen bestaat uit een aantal bronnen waarmee we het effect van risico’s kunnen opgevangen. We maken onderscheid tussen de reserves (Algemene reserve en reserve Grondzaken) en overige bronnen. De Algemene reserve (49,2 miljoen euro in 2024) en de reserve Grondzaken (21,2 miljoen euro in 2024) zijn hard en kunnen we direct inzetten. Inzet van de overige bronnen (68,7 miljoen euro) vraagt over het algemeen meer tijd. Voor de inzet van de stille reserve Enexis bijvoorbeeld is eerst verkoop van de aandelen nodig en inzet van de intensiveringsmiddelen vraagt besluitvorming over verlaging van de beschikbare budgetten en aanpassing van het beleid.
Gezien het belang van de omvang van de reserves maken we deze afzonderlijk zichtbaar. In het onderdeel beschikbaar weerstandsvermogen geven we een toelichting op de onderdelen van het beschikbaar weerstandsvermogen.

Het benodigde weerstandsvermogen wordt bepaald op basis van een inschatting van de risico’s die de gemeente loopt. Veruit het grootste risico ligt bij de gemeentelijke grondexploitaties en Meerstad. Dit risico bepaalt in 2024 57% van het benodigd weerstandsvermogen. Met nieuwe projecten waarover nog geen (uitvoerings)besluit is genomen houden we nog geen rekening. Pas wanneer er zekerheid is over de uitvoering, maken we een inschatting van het risico en houden we er rekening mee in het bepalen van het benodigd weerstandsvermogen.
In het onderdeel benodigd weerstandsvermogen geven we een toelichting op risico’s die het benodigd weerstandsvermogen bepalen.

De ontwikkeling van het weerstandsvermogen wordt twee keer per jaar geactualiseerd: bij de begroting en bij de rekening. We willen benadrukken dat de berekening van het weerstandsvermogen geen exacte wetenschap is. Bij het bepalen van de omvang van het benodigd weerstandsvermogen maken we een groot aantal inschattingen die meer of minder goed te onderbouwen zijn. Bij de beoordeling van het weerstandsvermogen kijken we dan ook vooral naar hoe het weerstandsvermogen zich ontwikkelt.
Voor een objectieve beoordeling van de financiële situatie van de gemeente kijken we ook naar financiële kengetallen (vooral netto schuldquote en solvabiliteit). Deze kengetallen zijn gebaseerd op de omvang van de schulden en het eigen vermogen en kunnen objectief worden bepaald.

Vergelijking met de begroting 2024

Weerstandsvermogen

Rekening

Begroting

Verschil

(bedragen x 1.000 euro)

2023

2024

Beschikbare weerstandsvermogen (A)

139.206

141.230

-2.024

Benodigde weerstandsvermogen (B)

103.582

102.822

760

Ratio weerstandsvermogen (A/B x 100%)

134%

137%

Ambitie beschikbaar weerstandsvermogen op 100%

100%

100%

Verschil tussen beschikbaar en benodigd weerstandsvermogen

35.624

38.409

-2.784

Verhouding reserves / benodigd weerstandsvermogen

68%

71%

Reserves in het weerstandsvermogen

70.478

72.502

-2.024

In vergelijking met de begroting neemt het benodigd weerstandsvermogen toe met 760 duizend euro. Het beschikbaar weerstandsvermogen neemt af met 2 miljoen euro. Dit leidt in 2024 tot een verslechtering van de ratio met 3% (van 137% naar 134%).
De verschillen bij het beschikbaar weerstandsvermogen lichten we toe in het onderdeel beschikbaar weerstandsvermogen.

Bij het beoordelen van het weerstandsvermogen kijken we ook naar het aandeel van de reserves (Algemene reserve plus reserve Grondzaken) ten opzichte van het benodigd weerstandsvermogen. Als streefwaarde hanteren we een percentage van 50%. In 2024 zit het aandeel reserves ten opzichte van het benodigd weerstandsvermogen op 68%. In 2025 neemt dit naar verwachting toe tot 73% en neemt daarna af naar 57% in 2027. Hierbij wordt rekening gehouden met de op dit moment bekende toevoegingen en onttrekkingen aan de Algemene reserve en reserve Grondzaken voor de komende jaren.
In het coalitieakkoord staat dat we het niveau van het weerstandsvermogen in stand houden. Zowel de ratio weerstandsvermogen als het aandeel van de reserves liggen de komende jaren boven de streefwaarden.

Deze pagina is gebouwd op 11/01/2024 09:57:30 met de export van 10/29/2024 14:41:40